Het leven schittert in al haar facetten

Op een zaterdagochtend heb ik tijd voor een wandeling. Mijn man ligt al twee weken ziek in bed en ik kan er even tussenuit. Ik loop het dorp uit en ontmoet iemand die ik ken. Hij informeert hoe het gaat. Ik vertel dat het nog niet goed gaat en dat we zorgen hebben over de situatie. Hij begint meteen enthousiast te vertellen over “dat we deze hele situatie in perspectief moeten zien van andere epidemieën. En dat het dus helemaal niet zo erg is als we denken.” Ik weet van ontzetting niets te zeggen. Babbel nog wat met hem, en loop verder.

Ik merk dat het in mijn hoofd te keer gaat over hoe slecht hij de situatie aanvoelt en dat hij helemaal geen interesse toont. Ik sta even stil en voel dan hoe boos ik ben. Niet zomaar boos: er raast een orkaan in me! Het gaat helemaal niet meer over wat mijn kennis nou wel of niet zei. Het gaat over deze hele Corona-situatiedie mijn leven overhoopgooit. De man is eigenlijk niet meer dan een trigger van deze frustratie. Buiten het dorp waar ik dan wandel, ben ik de enige ziel. Mijn looptempo gaat omhoog, net als mijn hartslag. De storm in me kan in al zijn kracht uitrazen. 

Op het bankje dat ik tegenkom, ga ik zitten en kom enigszins tot rust. Ik kijk voor me uit. En opeens realiseer ik me waar ik ben. Ik zie de waterhoentjes snel het water opzoeken, de ganzen lopen gakkend weg en een blauwe reiger vliegt met trage vleugelslag op. Daar op mezelf, met mijn ogen geopend voor de natuur om me heen, zoekt mijn adem weer een rustig tempo. Ik kom tot het besef dat ik in een situatie zit waar ik in mijn eentje he-le-maal niets aan kan veranderen. Ik open mijn handen en voel diep van binnen dat ‘niet mijn wil, maar uw wil geschiede’. 

Toen psycholoog Lidwien Cornelissens voor Trouw (2014) werd geïnterviewd, zei ze hier hetvolgende over: Hetmeest troostende van het leven vind ik de realiteit. Die kan ik niet veranderen. Zoals in een rolstoel met mijn blindengeleidehond Freek op de bus wachten. Om vervolgens een buschauffeur te treffen die weigert de rolstoelplank uit te leggen. Mijzelf ook aan díe realiteit overgeven, dat het is wat het is, is het allermoeilijkste en het allermooiste. Want op die bodem van realiteit, schittert het leven in al haar facetten.”

Tot dan toe ben ik druk geweest om deze oncontroleerbaarheid van het leven te managen. Als ik mijn hoofd buig, besef ik hoe onmachtig ik in dit alles ben. Het razen en tieren stopt en ik kom in contact met wat het leven me geeft: de schoonheid van de natuur, maar ook pijn, verdriet en verlangen.

Er zijn dus dingen, eigenlijk veel meer dan wij denken, waar we helemaal niets aan kunnen doen. Krachten waar we geen invloed op hebben. Dat vraagt iets anders dan ertegen vechten, vluchten in verslavende patronen of mopperen en somberen. Dat vraagt juist toegeven en meebewegen met het leven. In de wetenschap dat je niet meer kan doen dan je hebt gedaan. In het vertrouwen dat wat er gebeurt, je kan dragen. En dat er hulp is als je op die ‘bodem van de realiteit’ bent. Van Moeder aarde, van je Essentie of Bron, van de Onkenbare of God. Of, van een kennis….  

Vergeet de woorden

Toen ik meer dan tien jaar geleden voor het eerst in abdij Sion kwam (Diepenveen) en de Cisterciënzer abt ontmoette, was dit de strekking van de woorden die hij me meegaf voor de gebedsdiensten. En hij voegde er nog iets aan toe: ga het maar ervaren. Ik krabbelde net omhoog uit een burn-out en kon nog niet veel prikkels hebben, laat staan de vele woorden waaruit de psalmen zijn opgebouwd. De gebedenboeken liet ik daarom onaangeraakt en focuste me op wat ik ervoer: trillingen van het gezang van de monniken, het voortdurend diep buigen, staan en weer gaan zitten en de ruimte van de stilte. Het raakte een diepe snaar van thuiskomen in me.

Eigen retraite

Nu was ik deze zomer voor een eigen retraite te gast bij deze monniken die ondertussen op Schiermonnikoog wonen. Zij komen zevenmaal per dag naar de kapel om God toe te zingen; soms in een korte gebedsdienst van 10 minuten, soms een samenzijn van 45 minuten inclusief stille tijd.

Mijn dagen deelde ik in rondom vier gebedsdiensten, een passend ritme voor mij. Ook dat is iets dat ik van hen heb geleerd: je moet niet te veel van jezelf vragen, het moet je passen en dan kan je het volhouden.

Vertrouwen in de werking

Ondertussen besef ik dat het niet zo zeer gaat over ‘begrijpen’ van de woorden, maar veel meer gaat over het hebben van vertrouwen in de werking die ervan uitgaat. Er zijn namelijk altijd wel een of meerdere woorden die bij me binnenkomen. Of een moment van samenzang in de diepte van hun stemmen die mijn ziel raakt. Je weet nooit tevoren of, hoe en wat er raakt. Het vraagt alleen steeds opnieuw aanwezig zijn: gedachten laten voor wat ze zijn en jezelf terugbrengen naar de adembeweging, naar het monnikengezang en naar het steeds opnieuw buigen aan het einde van elk psalm.

Moeite-loos

Door de jaren heen ben ik me bewust geworden dat hoe meer ik dit ‘ervaren’ toelaat, hoe meer het leven zich aan mij ontvouwt. Moeite-loos. Waar ik ben, ben ik en wat er dan gebeurt, gebeurt. Heb ik hulp nodig, staat er nèt een deur open. Als ik spontaan even een hand op een arm van een collega leg, blijkt zij nèt behoefte te hebben aan aandacht. Het voelt als aangesloten op een natuurlijke levensstroom. Een ‘flow’ die door mij heen komt en die alles omvat. Er is geen goed of niet goed. Het is zoals het is.

‘Gewoon’ zijn

Op zo’n persoonlijke retraite helpt een focus: ik trek die dagen met mezelf op, volg vier gebedsdiensten, ga de natuur in en studeer. Deze dagen ben ik nog preciezer aangesloten op mijn innerlijke kompas: ik zit op dat ene bankje dat tijdens mijn wandeling verschijnt en creëer spontaan iets met wat ik op het strand vind. Ik slaap, eet, lees, schilder, dool rond in de intens-roze bloeiende kwelders en voel ontzag voor de naderende, paarszwarte onweerswolken. Even geen specifieke pet op, maar ‘gewoon’ Joyce-zijn. Mezelf dat herinneren geeft rust en ruimte.

Kracht van de natuur

Op Schiermonnikoog is de wilde natuur volop aanwezig. Oerkrachten zijn dichtbij. Op het lege strand maak ik deel uit van een onmetelijke ruimte en dringen de elementen zich aan me op. Een yogales met windkracht 5 en regen doen mij één worden met alles en iedereen. Nat tot op mijn huid en met het zand in haren en kleding, voel ik me geen toeschouwer meer, maar maak deel uit van de (goddelijke) kracht van de natuur.

Met alles erop en eraan

En natuurlijk is het eiland in de zomer drukbezocht. Als ik een spontaan gesprekje heb met een vrouw en een beetje over klaag over de drukte en het geluid soms, vertrouwt ze me toe dat “als je houdt van mensen, drukte geen probleem is”. Deze wijze opmerking schudt me wakker en ik realiseer me dat ik eigenlijk erg houd van mensen en hun eigen-aard-igheden. En vanaf dat moment wordt mijn retraite een inclusieve ervaring met alles erop en eraan. En draag ik de stilte in me mee.

Eenvoudig

Soms waren er bij een gebedsdienst maar twee monniken en liep de samenzang niet synchroon. Maar wij mensen hebben gelukkig een keuze die niets kost. De keuze om open te zijn en ons toe te vertrouwen aan hóe het leven ook komt. Het leven leeft dan zo eenvoudig.

Dus, vergeet even de woorden. Ervaar maar.